Voor pedagogisch medewerkers is het vaak een eyeopener dat je baby’s van een paar weken oud al kunt voorlezen. Ik laat zien hoe je baby’s voorleest, vertel welke fasen in de leesontwikkeling er te onderscheiden zijn en hoe je hierop kunt inspelen. Ik laat boekjes zien die passen bij de verschillende ontwikkelingsfasen. Samen gaan we in gesprek hoe je het voorlezen een vast plek geeft op de groep. De sleutel tot succes? Goede afspraken maken met collega’s. Verdeel de taken, zet de juiste boeken op de juiste plek en bouw een vaste routine op.

Voor baby’s en dreumesen werkt het bijvoorbeeld heel goed om boekjes bij het aankleedkussen te leggen. Daar kunnen zij lekker sabbelen, schudden en gooien met een boek. Zij zijn de baas! De pedagogisch medewerker kan daar individuele aandacht aan het kind geven. Dat is belangrijk: je kunt goed kijken wat het kind doet en dat benoemen. Zo werk je direct aan een taalrijke omgeving.

Aan peuters wordt regelmatiger voorgelezen, zie ik op de werkvloer. Vaak met de hele groep aan tafel. Deze vorm van voorlezen is prima om samen te genieten van een verhaal en rust te creëren. Voor taalontwikkeling en verhaalbegrip is interactief voorlezen belangrijk. Peuters kunnen reageren, en door gerichte vragen en opmerkingen van de pedagogisch medewerker begrijpen ze het verhaal beter. Interactie stimuleren lukt alleen in een klein groepje.

Voorlezen kan dus verschillende doelen hebben. Zo zijn sommige boeken uitermate geschikt om de sociale ontwikkeling van kinderen te stimuleren. Die bewustwording is mooi om te zien.

Als voorleesconsulent neem ik vaak een klein groepje peuters naar de leeshoek mee om hen interactief voor te lezen. Een van de pedagogisch medewerkers kijkt altijd mee. Zij kan deze werkvorm daarna ook toepassen bij de andere peuters van de groep. Ik neem ook een activiteit mee die het verhaalbegrip en de taalontwikkeling verder stimuleert. Een liedje of een bewegingsspelletje dat past bij het boek. Geen kleurplaat of knutsel die verder niets toevoegt aan het verhaal en de taalontwikkeling.

Het is erg belangrijk dat er niet alleen elke dag op de kinderopvang voorgelezen wordt, maar thuis ook. Samen met de voorleescoördinator bespreek ik welke mogelijkheden er zijn om ouders te betrekken bij het voorlezen. We delen de voorleesactiviteiten met de ouders via de nieuwsbrief en de ouderapp: een bezoek aan de Bibliotheek, een feestje tijdens De Nationale Voorleesdagen, de dagelijkse voorleesactiviteit op de groep. En we nodigen ouders geregeld uit om mee te genieten van de activiteiten. Zo laat de kinderopvanginstelling zien dat zij voorlezen belangrijk vindt.

Op peuterspeelzalen kom ik voorlezen tijdens een koffieochtend. Er zijn dan opvallend veel opa’s en oma’s te vinden. Samen genieten we van een verhaal en daarna onder het genot van een kopje koffie is er ruimte voor een gesprek over het belang van voorlezen. Of we organiseren een ouderavond. Ik neem een verteltas mee die kinderen mee naar huis kunnen nemen. Daar zit ook informatie voor ouders bij over voorlezen.

Als ik op een kinderdagverblijf kom en er staat al een dreumes te wachten met een boekje in de hand, weet ik dat we de juiste kant op gaan. Pedagogisch medewerkers die baby’s en dreumesen op schoot nemen om voor te lezen, het gebeurt steeds vaker. Aan ieder kind elke dag 15 minuten voorlezen? We zijn op de goede weg!

Voorleesconsulent BoekStart in de kinderopvang, wat heb ik toch een fantastische baan!

Rian Koopman heeft jaren voor de klas gestaan als lerares en heeft de overstap gemaakt naar de Bibliotheek. Ze is nu 4 jaar werkzaam als (voor)leesconsulente voor de Bibliotheek op school en Boekstart in de kinderopvang (Bibliotheek Kennemerwaard, Alkmaar e.o.).