Persoonlijk ben ik wel benieuwd wat de ondernemingsraad van deze stichting nog kan betekenen. Zij hebben namelijk adviesrecht wanneer het gaat over ontslag.. tenzij het hier gaat over het niet verlengen van een tijdelijk contract natuurlijk.
In de wet op de ondernemingsraden (WOR) staat er het volgende over:
Artikel 30. Adviesrecht benoeming of ontslag van een bestuurder
De ondernemingsraad wordt door de ondernemer in de gelegenheid gesteld advies uit te brengen over elk door hem voorgenomen besluit to benoeming of ontslag van een bestuurder van de onderneming.
Het advies moet op een zodanig tijdstip worden gevraagd, dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit.
De ondernemer stelt de ondernemingsraad in kennis van de beweegredenen voor het besluit en verstrekt voorts in het geval van een benoeming gegevens waaruit de ondernemingsraad zich een oordeel kan vormen over de betrokkene, in verband met diens toekomstige functie in de onderneming. Artikel 25, vierde lid en vijfde lid, eerste en tweede volzin, is van overeenkomstige toepassing.
Indien de RvT een officieel advies naast zich neerlegt kan de OR volgens mij gewoon op basis van artikel 26 naar de ondernemingskamer ermee.
Kinderopvangeigenaren zijn ondernemers. De bedrijfsvoering die daarbij komt kijken telt vele facetten: van personeelsplanning tot marketing en van good governance tot financieel management.
Persoonlijk ben ik wel benieuwd wat de ondernemingsraad van deze stichting nog kan betekenen. Zij hebben namelijk adviesrecht wanneer het gaat over ontslag.. tenzij het hier gaat over het niet verlengen van een tijdelijk contract natuurlijk.
In de wet op de ondernemingsraden (WOR) staat er het volgende over:
Artikel 30. Adviesrecht benoeming of ontslag van een bestuurder
De ondernemingsraad wordt door de ondernemer in de gelegenheid gesteld advies uit te brengen over elk door hem voorgenomen besluit to benoeming of ontslag van een bestuurder van de onderneming.
Het advies moet op een zodanig tijdstip worden gevraagd, dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit.
De ondernemer stelt de ondernemingsraad in kennis van de beweegredenen voor het besluit en verstrekt voorts in het geval van een benoeming gegevens waaruit de ondernemingsraad zich een oordeel kan vormen over de betrokkene, in verband met diens toekomstige functie in de onderneming. Artikel 25, vierde lid en vijfde lid, eerste en tweede volzin, is van overeenkomstige toepassing.
Indien de RvT een officieel advies naast zich neerlegt kan de OR volgens mij gewoon op basis van artikel 26 naar de ondernemingskamer ermee.