Het aantal overtredingen bij kinderdagverblijven en buitenschoolse opvanglocaties neemt weer toe, na een jarenlange daling. De helft van deze overtredingen komt voort uit eisen die met de Wet IKK zijn ingevoerd. Kunnen ondernemers én de GGD de regeldruk aan?
‘Als
De Inspectie voor het Onderwijs kijkt alleen de GGD ieder kindercentum in 2018 heeft bezocht en of gemeenten ingeval van een handhavingsadvies, al dan niet zijn overgegaan tot handhaving. Dit rapport zegt niet maar ook helemaal niets over de inhoudelijke kwaliteit van het toezicht en of de handhaving terecht, proportioneel en effectief is geweest in 2018.
De nadere aanwijzingen van SZW en GGD GHOR om de rammelende regelgeving te ‘repareren’ hebben – nog los van het feit dat diverse GGD regio’s die aanwijzingen volleidg links hebben laten liggen – geen enkel effect gesorteerd. Al bijna twee jaar lang wordt er gepolderd en kindercentra worden al die tijd geconfronteerd met onduidelijkheid, onzekerheid en soms regelrechte willekeur. In het huidige tempo gaat het nog wel een jaar of drie duren voordat er echt iets verandert.
Overleg tussen GGD’en en het stroomlijnen van richtlijnen en werkwijzen is prachtig maar symptoombestrijding. Dat lost weinig op als het onderliggende probleem: de rammelende regelgeving niet eerst wordt aangepakt.
SZW op haar beurt doet voorkomen alsof het probleem van het toezicht op het vaste gezichtencriterium en de drie-uursregeling per 1 januari 2019 opeens is opgelost. Dat denk ik niet. De quick fix om de beleidsregels werkwijze toezichthouder kinderopvang te gaan aanpassen, gaat alleen tot nog meer onduidelijkheid en dito rechtsonzekerheid leiden.
Alle mooie rapporten adviezen ten spijt, is er echt maar 1 oplossing: de regelgeving moet op schop, die moet simpel, duidelijk en in de praktijk werkbaar worden. Dat is beter voor kinderen, PM’ers, kindercentra, toezichthouders en gemeenten. En het scheelt een bak negatieve energie en een hoop geld.