Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Samen sterker: interprofessionele samenwerking

Steeds meer kinderopvangcentra werken samen met professionals uit verschillende domeinen om kinderen zo goed mogelijk te helpen. Wat zijn de voordelen hiervan? En hoe kun je dit op de beste manier aanpakken? We vroegen het Ruben Fukkink, lector Pedagogiek aan de HvA en bijzonder hoogleraar Kinderopvang aan de UvA.
© Krakenimages.com / stock.adobe.com

Stel je voor: eens in de week komt er een begeleider van jeugdzorg bij je op de groep om kinderen met een extra zorgvraag te ondersteunen. Of: je hebt als pedagogisch professional iedere maand gesprekken met de juffen en meesters van jouw bso-kinderen. Volgens Ruben Fukkink is interprofessionele samenwerking ontzettend belangrijk. ‘Het is heel fijn als een peuteropvang bijvoorbeeld goed kan samenwerken met een school. Zo verloopt de overgang van peuter naar kleuter zo soepel mogelijk en bevorder je de doorgaande leerlijn.’

Toenemende zorgbehoeften in de kinderopvang

Fukkink ziet toenemende zorgbehoeften bij kinderen die naar de kinderopvang komen. ‘Vooral na de coronaperiode zagen we daar een stijgende lijn in. Pedagogisch professionals worden tegenwoordig geconfronteerd met een scala aan uitdagingen, van emotionele instabiliteit tot gedragsproblemen. Ze hebben hier niet altijd direct een antwoord op. Natuurlijk weten ze zelf al heel veel, maar ze zijn geen orthopedagoog of psycholoog. Het is dus goed als ze zulke situaties met professionals uit andere domeinen kunnen bespreken. Met een team dat daarvoor is toegerust natuurlijk. Want je moet de pedagogisch professionals ook niet opzadelen met allerlei extra klussen.’

‘Linda komt even langs’

Hoe ziet Fukkink de ideale samenwerking tussen de kinderopvang en jeugdzorg? ‘In ieder geval niet dat je alleen een telefoonnummer van iemand in een schriftje hebt staan. Het moet echt iemand zijn die fysiek langskomt. Laten we haar Linda noemen. De kinderen kennen haar. De ouders hebben haar al vaker gezien en pedagogisch professionals weten dat ze bij haar terechtkunnen. Ze gaat aan de slag met de kinderen die extra zorg nodig hebben en medewerkers kunnen makkelijk iets aan haar vragen. Ik denk dat pedagogisch professionals hier veel van kunnen leren. Ze zien hoe mensen vanuit een ander domein met bepaalde situaties omgaan. En ze leren hoe ze in het vervolg zelf zulke situaties kunnen aanpakken.’

Fukkink benadrukt dat samenwerken niet altijd hoeft te betekenen dat je hele lange gesprekken met elkaar voert. Het kunnen ook een paar korte zinnen zijn. Een moment waarop je Linda even iets vraagt. Heel fijn; dan blijven professionals er niet mee rondlopen en leren ze ook steeds weer iets bij.’

Van peuter naar kleuter

Volgens Fukkink is het belangrijk om goed te kijken naar je werkwijze. Die verschilt namelijk heel erg per kinderopvangorganisatie. ‘In mijn onderzoek zie ik verschillende kinderopvangcentra en je ziet dat ze bijvoorbeeld de overgang van peuter naar kleuter op verschillende manieren aanpakken. De ene kinderopvang heeft alleen een korte overdracht met de school, de ander houdt ook na de overdracht contact met de leraar. Zo horen ze hoe het verder gaat met kinderen als ze eenmaal op school zitten. Heel leuk en interessant, want daar leer je als professional natuurlijk ook weer van.’

Ruben Fukkink is, naast onder meer jurist Jolanda van Boven en expert ouderbetrokkenheid Peter de Vries, een van de sprekers op het KinderopvangTotaal congres Samenwerken in het Netwerk op vrijdag 14 juni. Meer info of aanmelden >>

IKC versus reguliere opvang

Laagdrempelig contact met andere instanties is dus belangrijk. Is het dan ook beter om alles onder één dak in een Integraal Kindcentrum (IKC) onder te brengen? ‘Natuurlijk kan dit helpen,’ zegt Fukkink. ‘Als alles in één gebouw zit, is het makkelijk om even naar een deskundige te lopen. Toch is een IKC ook maar een huls die je moet vullen met inhoud. Je kunt wel allemaal in hetzelfde pand zitten, maar als je daar verder niets mee doet, schiet het niet echt op. Hetzelfde geldt voor kinderopvangcentra die op afstand van andere zorglocaties zitten. Misschien moet je af en toe even de fiets te pakken en dat vergt iets meer moeite. Toch is het belangrijk om actief het contact met die andere instantie op te zoeken.’

Twee aparte eilanden

Fukkink denkt dat jeugdzorg en de kinderopvang nog veel beter met elkaar zouden kunnen samenwerken. ‘Ik zou graag zien dat jeugdzorg en kinderopvang hiervoor op een andere manier gaan werken. Nu zijn het eigenlijk twee aparte eilanden die elkaar nauwelijks raken. Jeugdzorg is al bezig met hervormingen, omdat de Hervormingsagenda Jeugd onlangs door de Eerste en Tweede Kamer heen is gekomen. Het is nu nog een stukje papier en we weten nog niet hoe het in de praktijk zal lopen, maar de jeugdzorg zal de komende vijf jaar wel op een andere manier gaan werken. Ik hoop van harte dat de kinderopvang zich zal aansluiten.’

Vroegtijdig signaleren

Fukkink vervolgt: ‘Als de jeugdzorg en de kinderopvang meer samenwerken kunnen we beter preventief en vroegtijdig signaleren. Iets meer voorkomen en minder genezen dus. Er zijn tegenwoordig zo veel jongvolwassenen met problemen en ondertussen nemen de wachttijden in jeugdzorg alleen maar toe. Als we bepaalde dingen eerder gaan opmerken, zouden we kunnen voorkomen dat kinderen en ouders op latere leeftijd pas hulp gaan zoeken.

Het gebeurt nu nog te vaak dat pedagogisch professionals iets signaleren bij een baby, dreumes of peuter, maar dat de ouders er niet over willen praten en hun kind vervolgens van de opvang afhalen. Deze kinderen verdwijnen dan van de radar. In die tussentijd gaan er kostbare jaren verloren. Jaren waarin we de ouders en het kind vroegtijdig de zorg hadden kunnen geven die ze nodig hadden. Pas als ze vier of vijf zijn, komt de leerplicht om de hoek kijken en moeten de ouders met het kind naar school. Als de juf of meester vervolgens aangeeft het met dit kind niet te gaan redden, komt het kind in het speciaal onderwijs en/of de jeugdzorg terecht. Allemaal dure trajecten die misschien voorkomen hadden kunnen worden als we eerder het gesprek met jeugdzorg hadden kunnen aangaan.’

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.