Annemiek Waage is pedagoog en eigenaar van Professioneel Opvoeden. Ze heeft veel ervaring als het gaat om medewerkers die in de weerstand zitten. Ze vertelt graag hoe je hen weer motiveert en ze op een constructieve manier feedback geeft.
Niet meer aan werken toekomen
Volgens Waage kunnen er diverse oorzaken voor minder motivatie zijn. ‘Soms hebben pedagogisch professionals het idee dat ze eigenlijk niet meer aan werken toekomen. Professionals hebben het drukker gekregen. Ze moeten bijvoorbeeld steeds in de app bijhouden wat ieder kind heeft gedaan, vaker schoonmaken en meer gesprekken met ouders voeren.’
Waage vindt het eigenlijk heel mooi als professionals hiermee komen. ‘Dit zegt namelijk iets over hun betrokkenheid. Ze moeten er allerlei zaken bij doen en dat is niet waarom ze in eerste instantie in de kinderopvang zijn gaan werken. Ze willen juist meer tijd hebben om er helemaal voor de kinderen te zijn.’
Dat is volgens Waage niet de enige reden waardoor pedagogisch professionals gedemotiveerd kunnen raken. ‘Misschien zijn de groepen voller geworden, zijn er meer kinderen met een extra zorgvraag bijgekomen of krijgen ze in hun beleving te weinig erkenning voor wat ze doen. Ik hoor weleens van professionals dat ouders hen meer zien als een oppas en dat je van hen alleen iets hoort als het niet goed gaat. Al dit soort zaken kunnen ervoor zorgen dat ze met minder plezier naar het werk gaan en aan het einde van de dag helemaal kapot zijn. Als ze thuiskomen en denken: ‘’Oh nee, morgen heb ik weer zo’n dag.’’ Dan kunnen ze kort- of langdurig gedemotiveerd raken.’
Haal dat lek boven water
Hoe je volgens Waage voor meer motivatie zorgt? ‘Ga vooral dat gesprek aan. Misschien heb je hier meerdere conversaties voor nodig, maar uiteindelijk kun je het lek boven water halen. Misschien voelen professionals dat ze weinig erkenning krijgen voor wat ze doen. Kijk dan eens eerlijk naar jezelf als manager. Ben jij wel zichtbaar? Laat jij jezelf zien op de groep?’
Volgens Waage is het daarnaast heel belangrijk dat je weet wat ieders kwaliteiten zijn. ‘Ken jij je pappenheimers? Heb je iedereen in beeld? Als dat zo is, kun je gericht met complimenten gaan strooien en daar bedoel ik niet zoiets mee als: “Jullie hebben echt hard gewerkt vandaag.” Dat is veel te algemeen. De impact van een goed geplaatst compliment wordt weleens onderschat. Als je weet dat Indra haar best heeft gedaan om allerlei nieuwe kinderliedjes te introduceren, benoem dan ook hoe goed je dat vindt.’
Volgens Waage hoef je daarvoor niet alleen maar naar de talenten van medewerkers te kijken. ‘Stel dat Anna het heel spannend vindt om een minder positief gesprek met ouders te voeren. Complimenteer haar dan als ze dit toch heeft gedaan. Het gaat er dan niet eens om hoe het gesprek is verlopen. Het feit dat ze zichzelf ertoe heeft gezet, is alleen al een compliment waard. Ook de minder leuke dingen horen er nu eenmaal bij. Professionals raken dankzij deze positieve feedback gemotiveerd om ook zaken op te pakken waar ze moeite mee hebben.’
Op een constructieve manier feedback geven
Het komt natuurlijk ook weleens voor dat je een vervelende boodschap voor iemand hebt. Hoe kun je het gesprek volgens Waage dan het beste insteken? ‘Stel je vindt dat iemand er de kantjes van afloopt. Dan is het belangrijk om het gesprek zonder oordeel in te gaan. Blijf vooral bij je boodschap en hou je daaraan. Laat je niet ompraten en wees duidelijk. Mijn stellige overtuiging is dat woorden ertoe doen. Ik zeg altijd: ‘’Wees je ervan bewust vanuit welke kleur rood je spreekt en onderzoek vanuit welke kleur rood de ander de boodschap ontvangt.’’ Misschien kom je er op deze manier achter dat iemand het werk niet zo leuk vindt. Dat hoeft op zich geen probleem te zijn. Vraag waar iemand wel blij van wordt en ga na of je daar als organisatie een vangnet voor hebt. Kun je diegene helpen een andere keuze te maken?’
Korstjes opeten of niet?
Toch ziet Waage vooral pedagogisch professionals die nog steeds heel blij worden van hun vak. ‘Ze praten er graag over. Hoe leuk is het om daar dan gewoon gebruik van te maken! Je hoeft teamvergaderingen niet altijd in te steken op zorgenkinderen of samenwerking, maar je kunt ook een stukje inhoud meepakken. Leg bijvoorbeeld een leuke stelling voor. Bijvoorbeeld: ‘’Moeten kinderen hun korstjes opeten of niet?’’ Dit kan heel boeiend zijn, want hierover lopen de meningen soms uiteen.’
Vertel wat er allemaal wel mogelijk is
Tot slot is het als leidinggevende ook heel belangrijk om zaken voor pedagogisch professionals te kunnen faciliteren. ‘Ik ben weleens bij een kinderopvangorganisatie geweest waar medewerkers nieuw spelmateriaal wilden aanschaffen. Toch kwam het niet in ze op om dit aan hun leidinggevende te vragen. ‘’Daar is toch geen geld voor’’, gaven ze steevast als antwoord. Ze hadden dus al te vaak ‘’nee’’ van hun manager gehoord. Hierdoor deden ze geen moeite meer om het nog eens te proberen.’
‘Als leidinggevende is het dus zaak om zulke dingen bespreekbaar te maken. Als iets niet kan, leg dan duidelijk uit waarom niet, maar vertel vooral ook wat er allemaal wel mogelijk is. Het gaat erom dat je hierin duidelijke kaders schept. Welk speelgoed kunnen medewerkers wel bestellen en hoe vaak? Je geeft professionals hierdoor veel meer autonomie. Ze voelen zich dan echt gezien en gewaardeerd en gaan met meer motivatie aan de slag.’